‘Het beste gewicht is overgewicht’, zeiden ze in de zeventiende eeuw. Dik zijn was destijds een teken van welvaart. De familie Bicker was zeker een van de rijkste en machtigste families in Amsterdam. Aan Gerard zie je het direct af. Hij was zelfs voor die tijd wel erg zwaar. Dikke Bicker, noemden ze hem. Papzak. Het moet hem pijn gedaan hebben.

Bartholomeus van der Helst,
Gerard Andriesz Bicker (1642), Rijksmuseum Amsterdam

Rijkeluiszoon

t Moet een rijkeluiskindje avant la lettre zijn geweest, deze oudste zoon van Andries Bicker. Het kindje van de directeur. Vader heeft altijd hard gewerkt en veel rijkdom en macht vergaard. De rijkdom wordt Gerard in de schoot geworpen, en hij was niet van plan in zijn vaders voetsporen te treden. Een bestuurlijke functie was niet aan hem besteed, en ook de koopmanskwaliteiten van zijn vader had hij niet in zijn genen.

Wat moesten vader en moeder Bicker toch met hun oudste aan? In 1644 gaven ze hem een erebaantje als drost van Muiden. Lang kon hij daar niet van genieten. Toen Willem II in 1650 met zijn leger naderde, sloeg hij op de vlucht. De prinsgezinden noemden hem een lafbek, die ‘scheet van bangigheydt in sijn broeck’.

Ook nog eens tegen de zin van zijn ouders trouwde hij met Alida Conincks. Het was geen gelukkig huwelijk. Met de  huwelijkse trouw nam Gerard het niet zo nauw. Het huwelijk werd daarom op verzoek van Alida ontbonden.

Geld maakt niet gelukkig

Een ongelukkige man? Ik denk het wel. Zijn hele leven hield hij last van zijn overgewicht. Steevast deed hij zijn riem een gaatje te strak. Of hij aan zijn overgewicht bezweken is, dat vertelt het verhaal niet. Hij overleed relatief jong, op 44-jarige leeftijd.

De gemiddelde leeftijd was toen tussen de 28 en 32 jaar. Maar in die berekeningen zaten ook de enorme kindersterfte en twee grote pestepidemieën. Mensen werden in die tijd ook makkelijk zestig of zelfs zeventig jaar.

De familie Bicker, een van de machtigste families in Amsterdam.