Giulio Romana, Oordeel van Paris (ca. 1536). Sala di Troia, Palazzo Ducale, Mantua.
Ik zoom even uit. Dit prachtige fresco maakt deel uit van een enorme muur- en plafondschildering in een zaal van het Palazzo Ducale in Mantua. Om precies te zijn in de Sala di Troia. De Trojaanse oorlog, Griekse mythologie dus.
De geschoolde zestiende-eeuwse kijker wist precies om welke scène het ging, en welke goden en godinnen hier zijn geschilderd. Wij kunnen ze nu nog herkennen aan een of meerdere voorwerpen, die ze bij zich dragen.
Hoe? Kijk maar mee.
De man in het midden is Hermes (Mercurius), een zoon van de oppergod Zeus. Je herkent hem meteen aan zijn gevleugelde sandalen en zijn bolle muts. Hij heeft meestal ook een toverstaf bij zich, waar twee slangen omheen kronkelen.
Het is de taak van deze jonge god om de drie godinnen Hera, Athena en Aphrodite naar Paris te brengen.
Hera – rechtsboven – is de vrouw én de zus van Zeus. Je kunt haar herkennen aan de pauw, die naast haar loopt. Athena is de godin van de oorlog, dat kun je zien aan haar uitrusting, en Aphrodite (Venus) heeft een kleine cupido bij zich.
Paris zie je links in het fresco. Hij woont op de berg Ida, waar hij is opgevoed door schaapsherders.
De appel
De crux van het verhaal zit in de appel die Hermes in zijn rechterhand heeft. Paris is voor de onmogelijke opgave gesteld om te kiezen welke van de drie godinnen de mooiste is. Aan die godin mag hij de appel schenken.
Hera zegt hem de grootste rijkdommen toe, Athena stelt hem krijgsroem en wijsheid in het vooruitzicht, en Aphrodite belooft hem Helena, een beeldschone vrouw die is getrouwd met de Spartaanse vorst Menelaos.
Dan twijfelt Paris niet meer, hij kiest voor de liefde, en geeft de appel aan Aphrodite. Paris – die eigenlijk geen herder, maar een Trojaanse prins is – schaakt Helena. Dit zal uiteindelijk leiden tot de Trojaanse oorlog.